Er worden in de literatuur acht soorten van de Eranthis genoemd. Twee van deze, Eranthis hyemalis (uit Zuid Europa) en Eranthis cilicica (uit Turkije) worden geteeld.
De bladeren vormen een op de grond liggend rozet, de bovenste bladeren tonen enige gelijkenis met een halskraag, die de bloemen omvat. De gele bloemen voorzien van vele meeldraden bevinden zich aan het einde van zeer korte (ca. 5 cm) steeltjes en vormen na enige tijd een waar bloementapijt. Na de bloei verschijnen de stervormige zaaddozen. Wanneer ze openbarsten, zullen de ronde zaden voor vele nakomelingen zorgen. De bloemen openen zich alleen als de zon schijnt en sluiten zich gedurende donker weer.
Eranthis soorten bloeien weken achter elkaar en laten zich niet ontmoedigen door sneeuwval.
Alle delen van de plant zijn giftig, vooral de knolletjes bevatten glycoside, een stof die de hartwerking beïnvloedt. Tot de vergiftigingsverschijnselen behoren dan ook ademnood en een onregelmatige en langzame hartslag. Door de zeer zure smaak is de kans op een vergiftiging klein.
De twee soorten die het meest voorkomen zijn Eranthis hyemalis (winterakoniet) en Eranthis cilicica. De winterakoniet is het bekendst en heeft 2,5 cm grote bloemen. E. cilicica heeft smallere, bronsgroene bladeren en ongeveer 4 cm grote bloemen.
Eranthis x tubergenii is uit de twee voornoemde soorten voortgekomen en bloeit wat later en met grotere bloemen. ‘Guinea Gold’ bloeit zelfs tot laat in maart. Dit ras is beter geschikt voor perken en borders dan voor verwildering.
Plantvoorschriften algemeen
Plant eranthis zodra de knollen verkrijgbaar zijn (sept-okt). Frisse, stevige knollen bloeien vele malen beter dan knollen die voor het planten al een uitgedroogde indruk maken.
De Eranthis plant je in oktober op een zonnig plekje op een diepte van tweemaal de hoogte van de knol in humusachtige, vochtige grond. Ze komt uit een bosrijke omgeving en vereist losse grond en rijke humus. Grond die snel uitdroogt is minder geschikt. Wel moet de grond makkelijk afwateren tijdens de winter. Als ze in zandgrond wordt geplant, meng die dan met een ruime hoeveelheid bladaarde (of compost met kleimineralen. Ze zijn minder geschikt om in een gazon te planten, want na de bloei moeten de bladeren tijd hebben om zich te ontwikkelen en het blad mag niet afgemaaid worden, omdat het ervoor moet zorgen, dat er voldoende reservestoffen in de knolletjes worden opgeslagen. Plekjes tussen ruim staande heesters of onder een boom met een open kruin zijn ideaal. Ze kan jaren op dezelfde plek blijven staan en groeit langzamerhand uit tot een heel veld.
De knollen zijn klein – ongeveer de maat van een erwt – en van ongelijke vormen. Het is onduidelijk wat de boven en onderkant is. Dit maakt niet uit, strooi de knolletjes uit in losgemaakte grond en dek ze af met een laagje. Plant niet later dan september als ze het eerste jaar mooi moeten bloeien. Ze is gevoelig voor uitdroging, dus plant ze direct na aankoop. Leg de knolletjes voor het planten 24 uur in handwarm water. Dit helpt ze zich makkelijker te ontwikkelen.
Onderhoud - vermeerderen
Als de grond dreigt uit te drogen, moet u de planten royaal water geven. Vul ook de mulch laag aan om de grond vochtig te houden
Laat eranthis bij voorkeur een aantal jaren ongestoord groeien. De Eranthis verwildert goed en zorgt zelf voor het uitzaaien.
Wilt u de planten echter ook op een andere plaats in uw tuin hebben, dan kunt u de knollen na de bloei delen. Haal een groep knollen uit de grond, snij ze met een mes in delen en plant ze direct.
Inloggen is verplicht
Om een reactie te posten moet je ingelogd zijn
Log in