Vroegbloeiende bolgewassen in februari eerste voedselbron voor insecten.

Het bolletje dat overal kan! Ze zijn er in wit, roze, lila en blauw en in verschillende soorten.

Kenmerkend is het stervormige bloemetje in het vroege voorjaar, dat iedereen bekoort. Sneeuwroem is zo’n plantje dat op zich zelf zo ielig is, dat je je af vraagt hoe het zich staande kan houden. In grote groepen vormt het een fantastisch beeld voor mens en eerste voedselbron voor insecten. 

Vroegbloeiende bolgewassen in februari

Als de temperatuur in het voorjaar stijgt, komen vlinders, hommels en bijen als uit het niets tevoorschijn. Ze gaan meteen op zoek naar hun eerste verse voedsel sinds lange tijd: nectar en stuifmeel. Dat vinden ze in de bloemen van bolgewassen. Al vriest het of ligt er sneeuw; vanaf februari begint sneeuwroem massaal te bloeien. Ondanks de kou is de groei- en bloeikracht niet te stoppen. Voor laagblijvende bolgewassen is het logisch om vroeg te bloeien. Voordat struiken en later bomen al het zonlicht wegnemen met hun bladeren hebben deze lage planten al gebloeid en zaden gevormd. Met het bladgroen in hun bladeren en onder invloed van het zonlicht hebben ze weer voedsel opgeslagen in hun ondergrondse bollen of knollen. Daarna zijn ze ogenschijnlijk verdwenen, om in het volgend jaar weer tevoorschijn te komen. Voelen deze soorten zich thuis op hun standplaats dan kunnen ze zich uitbreiden en worden het er elk jaar meer. Voor de eerste stuifmeel nectar behoefte zijn deze bolgewassen zeer belangrijk. 

Plantvoorschriften Chionodoxa / Sneeuwroem
Plant ze direct na de koop in het najaar (half september – half oktober) Plantdiepte 5 cm afstand 5 cm of twee keer de hoogte van de bol. Bij voorkeur kalkrijke zandgrond. Ze is geschikt voor verwildering in een weitje, in een border, of onder bladverliezende struiken, bomen en hagen.

Plant ze in grote groepen bij elkaar om een mooi effect te krijgen.
Sneeuwroem gedijt het beste in de lichte schaduw van loofbomen. Doorlatende, voedselrijke grond. De humus in de grond is in staat het vocht vast te houden dat de planten nodig hebben.

Het is fijn om jaarrond bloeiende planten te hebben. Dan hebben vlinders en bijen altijd wat te eten. Naast de bollen in het voorjaar kun je met je beplantingsplan rekening houden met de seizoenen.

NECTAR EN STUIFMEEL: Bijen, hommels en vlinders hebben van het vroege voorjaar tot de late herfst stuifmeel en nectar nodig. Voor een goede gezondheid en voldoende weerstand is een gevarieerd menu erg belangrijk. Nectar is de zoete, stroperige vloeistof die via nectarklieren naar buiten komt. Soms kun je de nectar in het hart of aan de buitenkant van de bloem zien zitten. Het lijkt op water, maar als je er met je vinger langs gaat, voelt het kleverig aan. Vlinders zijn verzot op nectar en terwijl ze met hun vrolijke kleuren van bloem tot bloem fladderen, zorgen ze en passant voor bestuiving. De vlinders die je in het voorjaar als eerste ziet, zijn de winter op een beschutte plaats als vlinder doorgekomen. Voorbeelden van deze ’vlinderoverwinteraars’ zijn de citroenvlinder, dagpauwoog en kleine vos.

Honingbijen verzamelen ook nectar, maar dan om er - hun naam zegt het al- grote hoeveelheden honing (een belangrijke voedselbron voor het bijenvolk) van te maken. Tegelijkertijd verzamelen honingbijen ook actief stuifmeel uit de bloemen. Deze unieke bron van eiwitten, vetten en vitaminen is bestemd voor hun larven. Ook wilde bijen en hommels verzamelen stuifmeel voor de voeding van hun larven. Vlinders zijn niet geïnteresseerd in stuifmeel; hun larven (rupsen) leven van planten. De hoeveelheid nectar in een bloem verschilt per plantensoort en zelfs per cultivar. Ook omgevingsfactoren als vocht en zonlicht zijn van invloed. De hoeveelheid nectar die een plant produceert, kan zelfs schommelen gedurende de dag. Behalve suikers bevat nectar ook eiwitten en vitaminen. 

Met het volgende beplantingschema heb je het hele jaar een bloeiende vlindertuin. 

1- Sneeuwbal (viburnum)

2- Kruipend zenegroen (Ajuga reptans)

3- Judaspenning (Lunaria Annua)

4- Damastbloem (Hesperis matronalis)

5- Gewone magriet (Leucanthemum vulgare)

6- Margriet  (Chrysantemum maximum)

7- Zonnewende (Heliotropium arborescens)

8- Lavendel (Lavendula angustifolia) 

9- Duizendblad (Achillea Millefolium

10- Grote wederik (lysimachia vulgaris)

11- Grote kattenstaart (Lythrum salicaria)

12- Grote teunisbloem (Oenothera glazioviana)

13- Ijzerhard (Verbena bonariensis)

14- Duifkruid (Scabiosa caucasica)

15- Vlambloem of flox (Phlox Paniculata)

16- Gewone dophei (Erica tetralix)

17- Herfstaster (Aster novi-belgii)

18- Bergamotplant (Monarda specie)

19- Drop- of anijsplant (Agastache foeniculum)

20- Marjolein (Origanum majorana)

21- Hemelsleutel (Sedum spectabile)

22- Koeienoog (Telekia speciosa)

23- Kogeldistel (Echinops ritro)

24- Lampenpoetser (Liatris spicata)

25- (Rode) Zonnehoed (Echinacea purpurea)

26- Zonnebloem (Helianthus Annuus)

27- Zonnekruid (Helenium specie)

28- Marjolein (Origanum Laevigatum)

29- Koninginnekruid (Eupatorium macalatum)

30- Vlinderstruik (Buddleja davidii) 

Natuurlijk zijn er veel meer tips die het diervriendelijke buitenleven ten goede komt, maar wij denken dat we hier de basisregels hebben omschreven.

Interessante artikelen: 

• Het hele jaar bloeiende vaste planten in de tuin
• Handboek voor diervriendelijk en natuurlijk tuinieren

Als je aan een plant voor vlinders denkt, staat de vlinderstruik natuurlijk bovenaan je lijstje.

Maar er zijn meer heesters aantrekkelijk voor vlinders. De klimop (Hedera) is een goede tweede keuze. De groene bloemen geven zoete nectar in september en oktober, op een moment dat veel bloemen al zijn uitgebloeid. Deze nectar is van levensbelang voor trekvlinders, zoals de atalanta. Deze vlinder moet zijn buikje vol eten voordat hij terug kan vliegen naar warmere streken, zelfs tot in Afrika. Een klimop bloeit pas in het volwassen stadium. De plant klimt dan niet meer, maar gaat op een heester lijken. Het bloeiende stadium wordt bereikt door weinig te snoeien.

Je kunt de klimop ook als heester kopen, dan is de naam Hedera helix arborescens. De hedera helix arborescens wordt 1 tot 1,5 meter hoog en kan wel 2m breed worden. Heb je een kleine tuin, dan kun je kiezen voor de kleine variant Hedera helix ‘arbori compact’. Deze blijft onder de 1 meter hoog en breed. 

Hedera of klimop is een heel bekende klimplant. De plant wordt gebruikt vanwege het wintergroene blad. Voor vlinders heeft dit blad nut als zonneplek of verstopplek tegen regen of kou. Een volwassen klimop klimt niet meer, maar bloeit als nooit tevoren. De plant voor veel vlinders nog interessanter. 

Diervriendelijk tuinieren

Bijen en vlinders hebben het zwaar. Ze gaan achteruit in aantallen en in soorten. Maar hoe kun je deze insecten nu het beste helpen? In de winkels wordt handig ingespeeld op je emoties met aanbiedingen van insectenhotels, vlinderkastjes en een wilde weelde aan bloemenmengsels. Belangrijk om te weten is dat ieder insect een voorkeur heeft voor bepaalde planten. Het is de inrichting die voor een goede leefomgeving zorgt. Naast de inrichting van de tuin en de plantkeuze kun je nog allerlei dingen doen om insecten een betere leefomgeving te geven.