In mijn kers zit ieder jaar heel veel zwarte luis. En ik heb eerder allerlei middeltjes gefabriceerd in m’n keuken met duurzame goedjes. Maar ergens wist ik dat dit anders moest kunnen.
Dus de studie begon! En nu ben ik klaar voor de strijd tegen deze luis in mijn kers. Daarvoor moest ik eerst de luis begrijpen.
Ik vroeg mijzelf onder andere af;
Waarom zit hij daar zo graag?
Waarom blijft hij komen?
Wat gebeurd er allemaal rond die kers
Maar ook hoe kom ik er vanaf?
Mijn kers staat in het midden van de tuin. Vanaf de oprit kan je hem zien staan. Prachtig om te zien, maar daar zit ook het eerste probleem. Hij staat namelijk op de tocht! Bladluis laat zich meevoeren op de wind en nestelt zich in een boom of struik die lekker sterk ruikt. Vaak omdat hij zich niet optimaal voelt. Jij ruikt ook anders als je niet fit bent, zo is dat met planten ook.
De luis krijgt supersnel jongen en die ook weer. Daarom heb je al snel een invasie aan zwarte stippeltjes in de bladeren. Bij de zoete kers gaan de bladeren ook krullen, bij de zure niet. Vaak zie je ook veel mieren op je boom. Deze lijken de luizen op te eten, maar helaas is dat niet waar. Mieren drinken de melk van de luizen voeden zich en helpen de luizen. Zo houden ze elkaar ook in leven. Dus dacht ik… van welke planten houden mieren niet? En helpen zij ook mijn kers zich lekkerder te voelen? Want als een plant niet happy is, is er iets met de bodem aan de hand!
Mijn kers is al 6 jaar oud en geeft onwijs veel kersen, dus ik ga deze wel lekker laten staan. Ik ben op zoek gegaan naar andere oplossingen en die heb ik gevonden!
Ik ga dus in de boomspiegel verschillende planten bij planten. Die bijdragen aan een betere bodem en de mieren op afstand houden.
Komend seizoen ga ik in mijn boomspiegel tomaten, 3 soorten lavendel, salie, goudsbloem, afrikaantjes, smeerwortel en kruipende tijm planten.
Ik plant ze rondom mijn kers van hoog naar laag. Dus dan heb ik een prachtige voedzame spiegel. Hier is de cirkel natuurlijk nog niet helemaal rond. In de natuur gaat het voornamelijk over de samenwerking van het hele systeem. Eten, voortplanten en gegeten worden zijn hierbij heel belangrijke dingen. Je raad het dus al, het is verstandig om natuurlijke vijanden aan te trekken van de luis zelf. Bijvoorbeeld lieveheersbeestjes, oorwurmen en sommige vogels. Je kan dus heel makkelijk deze killers lokken naar je boom door te zorgen dat ze ook in je tuin komen. Het voedsel is er al gedeeltelijk, maar er is ook beschutting nodig.
Lieveheersbeestjes nestelen zich graag in een vlier. Dus als je hier de ruimte voor hebt, zou ik er zeker 1 planten. Lieveheersbeestjes overwinteren graag in gevallen bladeren. Dus wees er zeker van dat je ook deze in je borders laat liggen. Nog een voordeel hiervan is dat je van de bloesem van de vlier heerlijke siroop kan maken of een handje kan doen door het pannekoekenbeslag. Super lekker en gezond. Ook de bessen van de vlier kun je koken tot een siroop en als vitamineboost gebruiken in de winter. Hierover zal ik in het seizoen nog een blog over schrijven.
Heb je geen ruimte voor een vlier in je tuin? Dan kan je ook andere planten in de boomspiegel plaatsen. Bijvoorbeeld Dille, venkel, oregano, tijm, koriander maar mijn absolute favoriet is luzerne. Dit is zo'n heerlijk ruikende bloem! En het leuke van deze voorbeelden is ook nog eens dat je ze zelf ook kan eten. Het is verstandig om na te denken over wanneer de planten in bloei staan. Dan heb je het hele seizoen op meerdere vlakken profijt van je aanplanting. Ik combineer graag vaste planten met éénjarige bloemen. Zo werk je ook nog eens aan een betere bodemkwaliteit. Ik wordt nu al gelukkig van het beeld wat ik voor me zie (ik ben nogal visueel ingesteld)
Oorwurmen schuilen overdag of overwinteren ook graag in een berg bladeren. Of in stro. Zelf hang ik een potje met flink wat stro gevuld op zijn kop in mijn fruitbomen. Je kan ook een verzameling takken in de boomspiegel leggen waar ze zich lekker in kunnen verstoppen. Zorg voor een hoopje natuurlijk materialen en je zal zien dat ze vanzelf naar je toe komen.
Meer vogels in je tuin lokken is ook zeker een heel goed idee. En eerlijk, ook erg leuk om die vrolijke kwetteraars te zien. Of een vogelnestje in je tuin te krijgen. Vooral koolmezen, pimpelmezen, mussen en merels smullen van de bladluizen. Merels scharrelen graag tussen de bladeren en andere rommelhoekjes van natuurlijk afval in de tuin. Zorg in ieder geval een plek waar ze zich veilig voelen. Merels voelen zich het lekker in een dicht begroeide haag. Denk hierbij aan een beukenhaag of een lekkere klimop. De koolmees
De pimpelmees nestelt van nature in holle bomen. Maar een nestkastje kan natuurlijk ook. Pimpelmezen eten het insecten en spinnen. In de winter gaan ze over op zaden, noten en vruchten. Je kan hiervoor vogelcupcakes maken of vetbollen ophangen. Let op dat je de netjes verwijderd. Want hier kunnen de vogels met hun pootjes in blijven hangen. Rijg ze liever aan een stuk touw met pelpinda's ertussen en ze kunnen van de slinger lekker snoepen. Waar ze het meest van houden? Beukenootjes. Dus als je een beuk in de buurt van je tuin hebt staan, heb je al een feestmaal voor ze bereid. Dit geld ook voor de koolmees. Of leg eens een uitgebloeide zonnebloem met de kop naar boven op een veilige plek. Ze smullen van de zaden die vol voedzame olie zitten.
Voor al het leven in je tuin geld natuurlijk ook "geen water, geen leven". Dus zorg voor drinkplekken met schoon drinkwater. Dit mag ook regenwater zijn natuurlijk.
Oke, dit bericht is weer eens wat langer dan de bedoeling was. Om de cirkel rond te krijgen is namelijk altijd meer nodig dan 1 "Quickfix" Maar als je ecosysteem eenmaal werkt, is het een genot om naar te kijken en je tuin te zien ontwikkelen tot een voedsel en dieren paradijs. En als je ecosysteem goed werkt, hoef je zelf echt maar weinig meer te doen behalve genieten, veranderingen opmerken en toevoegen wat nodig is. Super simpel toch?
Laat het me weten als je nog vragen hebt over deze blog.
Liefs,
Lieke
Inloggen is verplicht
Om een reactie te posten moet je ingelogd zijn
Log in