Spinnen in de tuin: wat doen ze daar eigenlijk?

Ben je per ongeluk al door een spinnenweb heengelopen? Kruipen spinnen al jouw huis in? Of geniet je gewoon van de eerste dauwdruppels op de webben in de tuin? Hoe dan ook, het is spinnentijd.Een grote spin aantreffen in je tuin is voor veel mensen een van de meest vreselijke gebeurtenissen.

Maar wist je dat deze beestjes juist heel nuttig zijn?

Spinnen spelen een belangrijke rol in verschillende ecologische systemen. Ze eten jaarlijks dubbel zoveel prooi aan insecten als de mens aan vlees of vis eet. Andersom dienen de spinnen ook weer als voedsel voor vogels en sommige insecten. Spinnen in jouw tuin zijn dus nuttig om een natuurlijk systeem in stand te houden. Door de aanwezigheid van spinnen hoef je geen geld uit te geven aan dure pesticiden en producten tegen ongedierte. Spinnen lossen dit gemakkelijk op in jouw plaats.De schoonheid van het spinnenwebGa een keer ’s morgens vroeg de tuin in, en zie de dauw op de spinnenwebben. Of een spinnenweb in een raam, waar ’s ochtends vroeg het zonlicht op valt. Prachtig! Spinnenzijde is trouwens bijzonder materiaal: sterker dan kevlar, waar kogelvrije vesten meestal van worden gemaakt, en tegelijkertijd elastisch, licht en biologisch afbreekbaar.

Spinnen zijn geen insecten

Alles wat 6 poten heeft valt onder insecten maar spinnen hebben 8 poten en zijn daardoor geen insecten.
Spinnen hebben acht poten en zijn meestal bruinachtig of grijs. Ze zijn 2- 20 mm groot. De mannetjes zijn kleiner dan de vrouwtjes en hebben ook een andere bouw en een andere kleur. Jonge spinnen verspreiden zich vaak d.m.v. speciale spindraden. Zij laten zich aan deze draadjes meevoeren met de wind en bereiken zo nieuwe gebieden. In de herfst lijken parkachtige tuinen soms met een deken van zulke draadjes bedekt. De vrouwtjes leven ongeveer 1-2 jaar. De mannetjes sterven kort na de paring. In de fruitteelt zijn spinnen die in de bomen klimmen belangrijke natuurlijke vijanden van bladluis- en rupsenplagen. Windschermen en hagen zijn daar een belangrijke overwinteringsplek voor spinnen.

Herfst is babyspinnentijd!

Hoewel er het hele jaar door spinnen in de tuin leven, zie je ze vooral in de herfst in huis rondkruipen. Dat komt omdat de mannetjesspinnen dan op zoek gaan naar een partner en zo de wereld gaan verkennen. Ze willen eigenlijk helemaal niet in je huis zitten, maar denken dat ze al kruipend door gaatjes en scheuren in je huis de spin van hun leven zullen ontmoeten. Veel tuinen zijn vaak veel te netjes. Maar we kunnen wat terug doen! Door bijvoorbeeld dode (holle) stengels van planten te laten staan. En vooral door nestgelegenheden te creëren. Dit laatste kan door het aanbrengen van holle stengels van bamboe, riet of braam. Ook blokken hout of bakstenen met gaten erin zijn een perfecte nestplaats voor spinnen. Zelfs in een kleine tuin of op een balkon kan een (rommelig) hoekje gecreerd worden.

Elk najaar wordt een spinnentelling gehouden. 

Meestal 'wint' de kruisspin, die het vaakst wordt gezien van de ongeveer 35 spinnen die in een gemiddelde tuintelling worden geteld.Als 2e komt de grote trilspin, die dikwijls ook in huis tegengekomen wordt. Bijvoorbeeld in een hoek van de kamer of achter een kast, waar ze zich nuttig bezighouden met het vangen van insecten.Ook een redelijk veel genoteerde spin is de brugspin, die van water houdt. Zijn web is erg opvallend. Hij maakt die dan bij voorkeur in de buurt van een tuinlamp, waardoor de insecten die hij vangt dus op het web afkomen.

Hoe komt de kruisspin aan zijn kruis?

De huid van deze herkenbare Kruisspin is eigenlijk doorzichtig. De witte puntjes van het kruis zijn guaninekristallen, afvalstoffen van de spijsvertering van de spin. Die zie je door de huid heen. 
In de herfst kunnen sommige spinnen beter guanine afscheiden en dan hebben sommige kruisspinnen dus ineens geen kruis meer. Dat zorgt nog weleens voor verwarring. 

Maak het alle bodemdieren naar de zin in jouw tuin

Laat op alle plekken waar dat kan, tussen planten, op zwarte grond en in de border zoveel mogelijk het afgevallen blad liggen. De bodemdieren verwerken het tot plantenvoedsel en vinden er ook voldoende schuilgelegenheid. Ook zorgt de laag afgevallen blad voor vermindering van temperatuurschommelingen en gaat uitdroging tegen in de bovenste grondlagen.