De kerstster hoort bij de familie van de wolfsmelkachtigen. De plant is inheems in Midden-en Zuid-Amerika.
Er bestaan ca. 5000 verschillende kerststersoorten. De bladeren zijn donkergroen en licht gekarteld.
De bladeren lijken dan wel op bloemen, maar zijn het niet. De eigenlijke bloempjes aan het einde van de stengel zijn licht geel-groen, en daardoor vallen ze eigenlijk niet op. Het zijn de schutbladeren die van de kerstster een echt kerstsymbool hebben gemaakt.
Vroeger was er alleen de rode kerstster. Nu zijn ze er in allerlei tinten rood, roze, wit, crème,... en in tal van vormen. Zo hebben we de mini-kerststerretjes, de medium en de large formaten, maar er zijn ook kerststerren op stam en zelfs hangende exemplaren.
Kerststerren zijn zogenaamde "kortedagplanten" die alleen dan bloeien, wanneer zij niet meer dan 12 uur licht ontvangen.
De kerstster is in zijn geheel licht giftig en kan misselijkheid veroorzaken
Plantvoorschriften algemeen
Meestal te koop voor kerstmis.
Je kunt de versheid van de kerstster direct zien aan de kleine, groengele bloemen die zich tussen de kleurrijke schutbladen bevinden. Bij een verse plant zijn deze bloemetjes gesloten of zitten ze in de knop. Veel stevige groene bladeren zonder zichtbare beschadigingen zijn een aanwijzing dat de plant gezond is. De bloemen dus in de knop én een dichte bladerdos is wat je moet zien als je ze koopt.
Als u een kerstster tijdens koudere dagen koopt, is het verstandig hem goed te verpakken tijdens het vervoeren, omdat hij anders een klap krijgt van de kou buiten.
Ideaal is een lichte, zonnige standplaats met verdampend water in de buurt.
Zet de kerstster ook niet te dicht in de nabijheid van een radiator of kachel. De plant verdraagt de te warme en droge lucht niet
De kerstster houdt niet van temperaturen onder 15 en boven 22 graden C.
Onderhoud
De kerstster heeft weinig water nodig. Wanneer je te veel giet zal de plant haar bladeren laten vallen. Onder in de pot mag nooit water staan.
Het is aan te bevelen om de wortels eens per week in lauwwarm water onder te dompelen tot er geen luchtbelletjes meer opstijgen. Daarna laat je de plant uitdruppelen.
Je kunt eens per week kamerplantenvoeding geven.
Benevel de plant zo nu en dan. Als de lucht te droog wordt, kan bladval optreden.
Indien we de planten goed verzorgen dan kunnen ze gemakkelijk 2 tot zelfs 6 maanden hun gekleurde schutbladeren behouden.
Vaak worden kerststerren na kerstmis weggegooid, hoewel het niet om eenjarige planten gaat. Meerjarige cultuur is mogelijk.
Als de bladeren afgevallen zijn, knip je de stengels tot op 10 cm van de grond.
Zet je plant op een koele, vrij donkere plaats tot april- begin mei. Houd de plant vrij droog.
Begin mei verpot je naar een grotere pot. Geef opnieuw meer water en snoei tot er 4 à 5 stevige stengels overblijven.
Vanaf eind september komt het belangrijkste deel: lichtbeheersing. De kerstster is een kortedagplant en zal enkel gaan bloeien als je ‘m de juiste hoeveelheid licht geeft. Dek de plant in de vooravond goed af met een doos of zwarte zak.
’s Ochtends haal je deze verduistering weg, zodat de plant 14 uur in het donker heeft gestaan. Als je dit de volgende 8 weken volhoudt, dan is je missie geslaagd.
Ziekten
De plant verliest zijn bladeren plotseling zonder dat ze eerst verwelken. Dit zou erop kunnen wijzen dat de temperatuur te laag is, of dat de plant is blootgesteld aan koude of warme tocht.
Ook te veel water kan de oorzaak hiervan zijn.
Inloggen is verplicht
Om een reactie te posten moet je ingelogd zijn
Log in