Sneeuwklokjes startsein voor het nieuwe tuinseizoen

Sneeuwklokjes... zo mooi, zo lieflijk, zo gemakkelijk en zo veel keuze! 

Het sneeuwklokje komt al ver vóór onze jaartelling voor in de literatuur. Het behoort tot de narcissenfamilie en is met zijn 20 tot nu toe bekende soorten inheems in Zuid-Europa en West-Azië. Van al die soorten heeft alleen de Galanthus nivalis zich boven de Alpen gewaagd; het is vooral deze soort, die zich uitspreidde over alle klooster- en kasteeltuinen van Europa. Al vanaf de middeleeuwen werd er mee geteeld en momenteel zijn er meer dan 500 cultivars in omloop met varianten in vorm, kleur, grootte en geur en er komen er nog steeds bij. 

Vooral in Engeland is het een rage om zoveel mogelijk soorten met hun varianten te telen. De echte galanthofiel steekt er veel geld en al zijn tijd in. Ook in Nederland neemt de populariteit van de plant als voorjaarsbode toe en kom je haar veel tegen als verwilderde stinzenplant of als cultuurproduct.

Vooral van de Galanthus elswesii worden veel cultivars geteeld. Deze bloem werd in 1874 in Turkije ontdekt door de botanist Elswes; het is een grootbloemige soort met een breed blauwgroenig blad. De totale bloeitijd van de verschillende soorten bestrijkt ruim een half jaar vanaf begin oktober. Het grote bloeifestijn evenwel heeft tussen de maanden eind januari tot en met april plaats. Sneeuwklokje is een meerjarig, kruid-achtig uigewas, dat in de late winter groeit en bloeit in dichte pollen op voedselrijke klei- en leemgronden, in loofwouden en op grasrijke plaatsen. In gebieden waar de plant inheems is, is zij een welkome pollenen nectarleverancier voor vroege insecten. Vooral honingbijen, maar ook enkele vroege vlindersoorten en hommelkoninginnen komen erop af. 

Het Sneeuwklokje, maagdelijke brengster van het vroege voorjaar en het eerste lentegeluk. Maar ook een bloem die velen op hun knieën dwingt!

In deze aflevering van Alles Wat Bloeit duikt Rogier in de wereld van de Galanthomania.

Sneeuwklokjes in de tuin 

Geen tuin, grasveldje en plantsoen kan zonder sneeuwklokjes. Met hun hagelwitte, hangende klokbloemen bieden ze heel veel nectar en stuifmeel aan vroeg vliegende wilde bijen, honingbijen en soms ook al aan vlinders. Ze leveren zowel nectar als stuifmeel aan alle insecten die actief zijn tijdens de bloeiperiode, die soms al in december begint en kan doorlopen tot april, zeker als verschillende soorten sneeuwklokjes worden aangeplant.

Extra galanthofiel >> informatie <<